Strategieën voor een Autonome Toekomst

Rotterdam

16 mei 2025

Aangepast op

5.1 Inleiding: De Onmogelijke Keuze of de Onvermijdelijke Revolutie?

Suriname, Dominica en Grenada bevinden zich op een breuklijn: kiezen ze voor een model waarin buitenlandse belangen en elites de economie blijven domineren, of wagen ze de sprong naar werkelijke autonomie?

Dit hoofdstuk onderzoekt hoe de principes van Nieuwe Democratie concreet kunnen worden toegepast in een strategie die economische en politieke soevereiniteit garandeert. Het bouwt voort op de lessen uit eerdere hoofdstukken en zoekt naar manieren om de erfenis van koloniale en neokoloniale structuren te overstijgen.

We behandelen drie pijlers:

  1. Economische strategieën voor soevereiniteit – Hoe kunnen hulpbronnen, industrie en handel worden heringericht voor nationale autonomie?
  2. Politieke en bestuurlijke hervormingen – Hoe kan een staatsmodel ontwikkeld worden dat directe democratie en collectief eigendom verankert?
  3. Culturele en sociale transformatie – Hoe kunnen de bevolking en de diaspora worden gemobiliseerd voor structurele verandering?

5.2 Economische Strategieën voor Soevereiniteit

De kern van economische autonomie ligt in controle over hulpbronnen, financiële onafhankelijkheid en een alternatieve productiestructuur.

5.2.1 Nationalisatie en Collectieve Eigendom van Natuurlijke Hulpbronnen

Landen als Venezuela en Bolivia hebben laten zien dat nationale controle over hulpbronnen cruciaal is voor soevereiniteit. Voor Suriname, Dominica en Grenada zou dit betekenen:

  • Herziening van concessies aan multinationals (zoals in de goud- en bauxietindustrie in Suriname en de toerismesector in Grenada).
  • Oprichting van staatsbedrijven die niet bureaucratisch functioneren zoals traditionele overheidsinstanties, maar als democratische coöperaties waarin werknemers een stem hebben.
  • Investeringsfondsen gebaseerd op natuurlijke hulpbronnen, waarbij inkomsten uit delfstoffen niet wegvloeien naar buitenlandse investeerders, maar worden ingezet voor onderwijs, infrastructuur en gezondheidszorg.

Suriname kan leren van:

5.2.2 Ontsnappen aan de Greep van het IMF en de Wereldbank

Veel postkoloniale staten zijn verstrikt geraakt in de schuldenpolitiek van internationale instellingen. De afhankelijkheid van leningen leidt tot structurele aanpassingsprogramma’s die privatisering, bezuinigingen en marktliberalisering afdwingen.

Alternatieven:

  • BRICS-samenwerking: Suriname en Grenada kunnen aansluiten bij BRICS (Brazilië, Rusland, India, China, Zuid-Afrika) om financiering te zoeken buiten het westerse banksysteem.
  • Regionale munt of handelsblok: Een alternatieve Caribische valuta of handelsunie kan afhankelijkheid van de dollar verminderen.
  • Opbouw van een staatseigen investeringsbank: Zoals China’s China Development Bank, die economische projecten financiert zonder externe invloed.

5.2.3 Van Grondstoffenexport naar een Lokale Productie-economie

De valkuil van de meeste Caribische staten is een eenzijdige focus op export (goud, olie, toerisme). Een zelfvoorzienende economie vergt:

  • Agrarische hervorming: Minder afhankelijkheid van geïmporteerd voedsel door lokale productie te stimuleren.
  • Industrialisatie en technologische innovatie: Investeren in productiecapaciteit binnen de eigen grenzen.
  • Kleine en middelgrote coöperaties: Werkgelegenheid creëren buiten de multinationale bedrijven om.

Door deze maatregelen kunnen de drie landen structureel onafhankelijker worden van externe economische krachten.


5.3 Politieke en Bestuurlijke Hervormingen

De economische strategieën zullen niet werken zonder een politiek model dat deze autonomie bewaakt. De vraag is: welk staatsmodel kan Nieuwe Democratie het beste ondersteunen?

5.3.1 Directe Democratie en Volkssoevereiniteit

  • Invoering van volksraden: In plaats van verkiezingen elke vier of vijf jaar moet politiek bestuur direct democratisch worden, via lokale en nationale volksvergaderingen.
  • Afschaffing van elitaire bureaucratie: Politieke functies moeten roterend zijn en gecontroleerd door de gemeenschap.
  • Juridische bescherming tegen buitenlandse inmenging: Wetgeving die de invloed van buitenlandse bedrijven en overheden beperkt in binnenlandse politiek.

Voorbeeld: In Cuba worden sommige gemeenteraden gevormd op basis van lokale vergaderingen waarin burgers direct stemmen. Een geüpdatete versie hiervan kan functioneren zonder autoritair karakter.

5.3.2 Hervorming van Onderwijs en Media

Een autonoom land heeft een bevolking nodig die kritisch en politiek bewust is. Dit vergt:

  • Decolonisatie van het onderwijs: Geen westerse curricula die economische afhankelijkheid normaliseren, maar lesprogramma’s gebaseerd op nationale soevereiniteit, Afrikaanse, inheemse en Caribische geschiedenis en Nieuwe Democratie.
  • Onafhankelijke media: Nationale platforms die niet onder invloed staan van internationale mediaconglomeraten zoals CNN en Reuters.

5.4 Culturele en Sociale Transformatie

5.4.1 Diaspora als Motor van Verandering

Surinamers, Grenadianen en Dominicanen in Europa en de VS kunnen een sleutelrol spelen door:

  • Kapitaal te mobiliseren voor investeringen buiten het neokoloniale banksysteem.
  • Politieke druk uit te oefenen op westerse regeringen om koloniale structuren af te breken.
  • Kennisoverdracht en educatieve projecten op te zetten in hun thuislanden.

5.4.2 De Erfenis van Vredesverdragen en Gemeenschapsgedreven Zelfbestuur

De Marronverdragen van de 18e eeuw in Suriname bewijzen dat gemeenschappen zelfbestuur kunnen uitoefenen buiten koloniale machten om. Dit principe kan opnieuw worden toegepast:

  • Erkenning van inheemse en Marron-autonomie binnen de nationale staatsstructuur.
  • Gebruik van historische verdragen als fundament voor nieuwe bestuurlijke modellen.

Voorbeeld: Bolivia’s Plurinational Model, waarin inheemse gemeenschappen zelfbestuur behouden binnen een groter nationaal raamwerk.

5.5 Conclusie: De Strategie van Langzame Revolutie

Een abrupte breuk met het huidige systeem is risicovol vanwege internationale reacties en interne verdeeldheid. Daarom is een geleidelijke opbouw van Nieuwe Democratie de beste strategie.

De sleutelstappen zijn:

  1. Onafhankelijke economische structuren opzetten naast bestaande systemen (coöperaties, nationale banken).
  2. Parallelle politieke instituties creëren die volkssoevereiniteit vergroten (volksraden, collectieve eigendom).
  3. Culturele en educatieve hervormingen implementeren om de bevolking voor te bereiden op zelfbestuur.

Suriname, Dominica en Grenada kunnen niet wachten op een internationale omwenteling. De transitie begint lokaal, met grassroots-organisatie en structurele opbouw.

Hoofdstuk 6 zal zich richten op de historische lessen van landen die succesvol hun soevereiniteit hebben herwonnen en hoe deze toepasbaar zijn in het Caribisch gebied.



Gepost op

in

door

Tags:

Reacties

Plaats een reactie