Van Theorie naar Praktijk Beleidsvoorstellen voor Soevereiniteit

Rotterdam

16 mei 2025

Aangepast op

7.1 Inleiding: Een Realistisch Pad naar Soevereiniteit

De lessen uit de geschiedenis tonen aan dat soevereiniteit geen abstract concept, maar een strategische en haalbare doelstelling is. Voor Suriname, Dominica en Grenada betekent dit dat ze:

  • Economisch onafhankelijker moeten worden.
  • Politieke structuren moeten versterken om externe inmenging te beperken.
  • Culturele en sociale eenheid moeten bevorderen zonder etnische verdeeldheid.

Dit hoofdstuk schetst een actieplan, gebaseerd op succesvolle modellen uit andere landen en afgestemd op de realiteit van deze drie Caribische naties.

7.2 Economische Onafhankelijkheid: Nationale Controle over Hulpbronnen

7.2.1 Hernationalisatie en Strategische Partnerschappen

Een cruciale eerste stap is de herziening van exploitatiecontracten met buitenlandse bedrijven, vooral in de mijnbouw-, olie-, gas- en landbouwsector. Dit kan op drie manieren:

  1. Hogere royalty’s en belastingen – Zoals Bolivia onder Evo Morales, waar multinationals 82% van hun inkomsten moesten afstaan.
  2. Geleidelijke nationalisatie – De staat verwerft stapsgewijs een meerderheidsbelang in kritieke industrieën.
  3. Strategische partnerschappen met BRICS-landen – Handelsovereenkomsten met China, Rusland en India kunnen een alternatief bieden voor het IMF en westerse banken.

Actiepunten voor Suriname, Grenada en Dominica:

  • Starten met onderhandelingen met bestaande multinationals voor eerlijkere contracten.
  • Oprichten van staatsbedrijven met publieke controle.
  • Bevorderen van regionale samenwerking om onderlinge handel en investeringen te stimuleren.
7.2.2 Financiële Soevereiniteit: Weg van IMF en Wereldbank

Veel Caribische landen verkeren in een vicieuze cirkel van schulden bij het IMF en de Wereldbank. De oplossing ligt in alternatieve financiële structuren:

  • Een Caribische Ontwikkelingsbank, vergelijkbaar met de BRICS New Development Bank.
  • Regionale handelsakkoorden in lokale valuta, zoals Venezuela’s PetroCaribe-programma.
  • Investeringen in productieve sectoren (landbouw, industrie) in plaats van afhankelijkheid van toerisme en import.

Praktische voorstellen:

  • Suriname kan zich aansluiten bij BRICS en onderhandelen over schuldherstructurering.
  • Grenada en Dominica kunnen gezamenlijke investeringsfondsen oprichten met andere Caribische landen.

7.3 Politieke Structuur: Democratische Hervormingen en Volkssoevereiniteit

7.3.1 Democratische Controle over Economie en Besluitvorming

Richard Wolff’s model van “Nieuwe Democratie” stelt voor om werknemers en burgers directe zeggenschap te geven over bedrijven en beleidsvorming. Dit kan in de praktijk worden gebracht via:

  • Coöperatieve bedrijven waar werknemers medezeggenschap hebben over productiemiddelen.
  • Participatieve begrotingen, zoals in Porto Alegre (Brazilië), waar burgers direct bepalen hoe belastinggeld wordt besteed.
  • Decentralisatie van politieke macht, zodat gemeenschappen meer autonomie krijgen.

Toepassing in Suriname, Grenada en Dominica:

  • Invoering van een nationaal participatief begrotingssysteem.
  • Stimuleren van coöperatieve modellen in landbouw en industrie.
  • Hervormen van staatsbedrijven naar meer democratische beheersstructuren.
7.3.2 Hervorming van Koloniale Machtstructuren

Veel Caribische landen kampen nog steeds met een koloniale bestuurscultuur, waarin buitenlandse belangen en etnische verdeeldheid een grote rol spelen.

Om dit te doorbreken, moeten de volgende stappen worden genomen:

  1. Afschaffing van de Britse Privy Council als hoogste gerechtshof – Overstappen op een regionale Caribische rechterlijke macht.
  2. Beperken van buitenlandse invloed op verkiezingen – Transparantie in partijfinanciering en verbod op buitenlandse campagnegelden.
  3. Eenheid boven etnische politiek – Nationale beleidsvorming moet gericht zijn op gemeenschappelijke belangen, niet op etnische of religieuze voorkeuren.

Praktische toepassing:

  • Grenada en Dominica kunnen volledig overstappen op het Caribische Hof van Justitie (CCJ).
  • Suriname kan een wet invoeren tegen buitenlandse politieke beïnvloeding.

7.4 Culturele en Sociale Mobilisatie: Het Breken van Neokoloniale Mindsets

7.4.1 Onderwijs als Wapen tegen Koloniale Mentaliteit

Het onderwijssysteem moet worden hervormd om jonge generaties te bevrijden van koloniale en neoliberale dogma’s.

Concrete maatregelen:

  • Curriculumhervorming – Meer focus op de eigen geschiedenis, inheemse kennis en kritische economie.
  • Tweetalig onderwijs (lokale talen + internationale talen) – Versterking van Creools, Sranantongo en inheemse talen naast Engels en Spaans.
  • Praktisch gericht onderwijs – Meer nadruk op landbouw, techniek en ondernemerschap.
7.4.2 Media en Cultuur: Terugwinning van Narratief

De media zijn een krachtig instrument voor nationale eenheid en bewustwording. Caribische landen moeten investeren in:

  • Publieke mediakanalen om onafhankelijk nieuws en culturele programma’s te bevorderen.
  • Film en literatuur die de eigen geschiedenis en identiteit versterken.
  • Sociale bewegingen en grassroots-organisaties die mensen actief betrekken bij politieke en economische besluitvorming.

Voorstel:

  • Suriname, Grenada en Dominica kunnen een gezamenlijke publieke omroep opzetten voor onafhankelijke journalistiek en educatieve content.

7.5 Internationale Strategie: Regionale en Mondiale Allianties

Advertentie

7.5.1 Regionale Integratie: Een Caribische Economische Alliantie

Caribische landen kunnen sterker staan door samen te werken in een alternatief blok. Dit kan onder meer via:

  • Een Caribische gemeenschappelijke markt zonder westerse inmenging.
  • Gezamenlijke militaire en veiligheidsstrategieën om buitenlandse interventies te voorkomen.
  • Gezamenlijke investeringen in infrastructuur en industrie.
7.5.2 Diplomatie: Samenwerking met BRICS en Andere Opkomende Economieën

Weg van het Westen betekent niet isolatie, maar nieuwe strategische partnerschappen.

  • BRICS als alternatief voor IMF en Wereldbank.
  • Samenwerking met Afrikaanse landen met gedeelde historische banden.
  • Sterkere diplomatieke banden met Venezuela, Cuba en China.

Praktische toepassing:

  • Suriname kan toetreden tot BRICS en een handelsovereenkomst met China uitwerken.
  • Grenada en Dominica kunnen onderhandelen over goedkope leningen van de BRICS New Development Bank.

7.6 Conclusie: Het Pad naar Werkelijke Vrijheid

De strijd om soevereiniteit is geen abstracte droom, maar een concreet doel met haalbare stappen.

Belangrijke pijlers voor Suriname, Grenada en Dominica:

  1. Economische onafhankelijkheid via hernationalisatie en regionale handel.
  2. Politieke hervorming met volkssoevereiniteit en democratische controle.
  3. Culturele emancipatie via onderwijs en media.
  4. Internationale strategische allianties buiten westerse dominantie.

Hoofdstuk 8 zal verder ingaan op praktische implementatieplannen en scenario’s.

Wil je dat ik direct doorga met Hoofdstuk 8, of wil je nog verdieping op bepaalde punten?


Gepost op

in

door

Tags:

Reacties

Plaats een reactie