Warrior Church en strijd tegen woke

Rotterdam – In de Verenigde Staten waait een nieuwe wind door de gangen van het Pentagon. Geen neutrale militaire taal meer, geen soldaten die simpelweg hun plicht doen. Nee, minister van Defensie Pete Hegseth noemt ze warriors. Krijgers. Het woord dat eeuwenlang symbool stond voor jonge mannen die hun volk verdedigden, wordt nu opnieuw geladen met religieuze en nationale symboliek. En dat is geen toeval. Het is een bewuste keuze, een ideologische zet die religie en macht opnieuw in elkaar vlecht.

Het beeld dat Hegseth schetst is dat van een krijgsmacht die niet alleen vecht voor land en vlag, maar voor God zelf. Het Onze Vader wordt gebeden terwijl tanks en raketten door het beeld rollen. Worship is warfare. Aanbidding is strijd. Het Pentagon wordt een kerk, de krijgsmacht een gemeenschap van gelovige krijgers.

De taal van strijd en symboliek

Wie woorden kiest, kiest werelden. Het verschil tussen soldier en warrior lijkt klein, maar is fundamenteel. Een soldaat is een functionaris van de staat, een radertje in een machine. Een krijger daarentegen is een mythische figuur, een held, een symbool van eer en moed.

Advertentie

Door militairen warriors te noemen, plaatst Hegseth hen in een traditie die teruggaat naar de Vikingen, de Germanen, de Maasai. Jongemannen die na een ritueel of leeftijdsgrens tot de krijgersklasse behoorden. Het was niet alleen een militaire rol, maar een identiteit. Een religieuze en culturele status.

In de moderne context krijgt dit een nieuwe lading. Het Amerikaanse leger wordt niet langer gepresenteerd als neutrale macht, maar als een “kerk van krijgers”. Een gemeenschap die strijdt voor een goddelijke missie.

Seculier humanisme versus warrior church

Hegseth zegt het openlijk: seculier humanisme en “woke” moeten uit het leger verdwijnen. Het leger moet geleid worden door een “duidelijk christelijk ethos”. Daarmee zet hij zich af tegen een traditie waarin rede, gezond verstand en pluralisme centraal staan.

Seculier humanisme is geen kerk, maar een levensbeschouwing die vrijheid, gelijkheid en solidariteit benadrukt zonder beroep op bovennatuurlijke autoriteit. Het is de moderne “kerk van de rede”. Hegseth’s warrior church is daar de tegenhanger van: een kerk van strijd, symboliek en exclusiviteit.

Waar humanisme de mens centraal stelt, plaatst de warrior church God en natie boven alles. Waar humanisme pluralisme viert, sluit de warrior church uit.

Een nieuwe warrior cult

Wat hier ontstaat, lijkt sterk op een moderne warrior cult. Rituelen, symboliek, gemeenschap en ideologie komen samen.

  • Rituelen: maandelijkse gebedsdiensten in het Pentagon, geleid door pastors die politieke leiders als door God aangesteld presenteren.
  • Symboliek: tattoos met kruistochtspreuken (Deus Vult), gebeden gecombineerd met beelden van raketten en tanks.
  • Gemeenschap: militairen worden niet alleen soldaten, maar strijders voor een hogere missie.
  • Ideologie: oorlog wordt niet gezien als tragisch noodzakelijk kwaad, maar als aanbidding. Worship is warfare.

Het verschil met klassieke warrior cults is dat dit niet stamgebonden is, maar staatsgebonden. Het Pentagon zelf wordt de tempel.

Vergelijking met de evangelische kerk

De evangelische kerk ontstond ooit als reactie op het katholicisme en de inquisitie. Het was een bevrijdingsbeweging, gericht op persoonlijke geloofsbeleving en directe toegang tot de Bijbel.

De warrior church verschilt fundamenteel:

  • Evangelischen benadrukten persoonlijke bekering, de Bijbel als bron, en wantrouwen tegenover staatsreligie.
  • De warrior church benadrukt nationale missie, militaire symboliek en verweving van religie met staatsmacht.
Tijdens de dienst

Toch zijn er overeenkomsten: beide positioneren zich als correctie op een bestaande orde. Evangelischen tegen het katholicisme, de warrior church tegen secularisme en woke. Beide claimen zuiverheid en directe toegang tot God.

Het hiernamaals van de krijger

Wat wacht de omgekomen soldaat in deze nieuwe kerk? Er is geen uitgewerkte leer over hemel of eeuwig leven. Maar de retoriek is duidelijk: de gevallen warrior heeft zijn ultieme offer gebracht. Hij wordt geëerd, verheerlijkt, en zijn dood krijgt betekenis als deel van een goddelijke missie.

De gemeenschap moet “waardig zijn aan het offer van gevallen warriors”. Dat impliceert dat de krijger zijn plaats bij God heeft verdiend. Niet door persoonlijke bekering, maar door zijn opoffering in de strijd.

Het hiernamaals wordt zo een ereplaats. Een hemel van heldendom, waar de krijger rust vindt bij God.

De gevaren van vergoelijking

In ons gesprek kwam een extreme evangelische redenering voorbij: dat het doden van kinderen “niet verkeerd” zou zijn omdat ze toch naar de hemel gaan. Dat soort logica laat zien hoe religie soms wordt ingezet om moreel onaanvaardbare daden te vergoelijken.

De warrior church gebruikt niet letterlijk die redenering, maar haar nadruk op strijd en goddelijke legitimatie kan leiden tot hetzelfde gevaar: dat slachtoffers van oorlog worden gezien als collateral damage binnen een heilige missie. Dat individuele tragedies ondergeschikt worden gemaakt aan een groter narratief van goddelijke oorlog.

Religie en staat: een oude spanning

Religie presenteert zichzelf vaak als bovennatuurlijk, als openbaring van engelen en profeten. Maar historisch gezien is religie altijd verweven geweest met de staat. Koningen riepen dat ze door God waren aangesteld. Staten gebruikten religie om gezag te legitimeren.

De warrior church past in dat patroon. Ze claimt een goddelijke oorsprong, maar wordt gedragen door staatsstructuren. Het Pentagon wordt de tempel, de minister van Defensie de priester.

Rotterdamse furie tegen onderdrukking

En hier, vanuit Rotterdam, voel je de furie. Want wat betekent dit voor de gewone mens? Voor de arbeider die ploetert, voor de migrant die vecht tegen armoede, voor de kinderen die opgroeien in wijken waar de straat meer houvast biedt dan de staat?

Het idee dat oorlog en religie samenvallen, dat de dood van een kind of soldaat betekenisvol wordt gemaakt door een goddelijke missie, is een klap in het gezicht van wie dagelijks strijdt tegen uitbuiting en onderdrukking.

Wij weten hier, in Crooswijk en Delfshaven, dat vrijheid niet komt door tanks en raketten, maar door solidariteit en rechtvaardigheid. Dat rechtvaardigheid niet wordt gevonden in exclusieve kerken van krijgers, maar in de straat, in de gemeenschap, in de furie tegen extreme armoede.

Een oproep tot waakzaamheid

Wat in de VS gebeurt, is geen ver-van-ons-bed-show. Het is een signaal. Religie en macht zoeken elkaar opnieuw op. Symboliek wordt ingezet om geweld te verheerlijken.

Watch moment US defense chief Hegseth leads Christian prayer service at Pentagon

Het is aan ons, hier in Nederland, Vlaanderen, Suriname en de Caraïben, om waakzaam te zijn. Om te zien hoe taal, rituelen en symboliek worden gebruikt om oorlog te heiligen. Om te beseffen dat vrijheid en rechtvaardigheid niet vanzelfsprekend zijn, maar bevochten moeten worden – niet met wapens, maar met solidariteit.

Slot: de strijd van woorden

De strijd van vandaag is een strijd van woorden. Soldaat of krijger. Worship of warfare. Humanisme of warrior church.

Woorden scheppen werelden. En het is onze taak om woorden te kiezen die bevrijden, niet die onderdrukken. Om verhalen te vertellen die recht doen aan de mens, niet die hem reduceren tot collateral damage.

Vanuit Rotterdam klinkt de stem van de straat: fel, direct, gepassioneerd. Tegen armoede, tegen uitbuiting, tegen onderdrukking. Voor vrijheid, voor rechtvaardigheid, voor solidariteit.

En dat verhaal, dat is onze kerk. Onze warrior cult van de straat. Een cultus van rechtvaardigheid, niet van oorlog. Een gemeenschap van mensen, niet van krijgers.


Gepost op

in

door

Reacties

Plaats een reactie